Said Nursi, geboren in het dorpje Nurs, leefde van 1877 tot 23 maart1960. Hij was een islamoloog uit het Osmaanse Rijk. Hij schreef ongeveer 130 verhandelingen (de Risale-i Nur-collectie) over de juiste interpretaties van de Koran die in meer dan 50 talen zijn vertaald. 

Zijn vader behoorde tot een vooraanstaande familie. Tot negenjarige leeftijd kreeg Said Nursi onderwijs van zijn oudere broer Abdullah. Daarna werd hij naar verschillende religieuze onderwijsinstellingen (madrasa) van de geleerden uit de omgeving gestuurd. Hier leerde hij in korte tijd de klassieke islamitische lessen uit zijn hoofd en ontving de titel Moellah.1 Dit wekte verbazing en waardering op van de islamitische geleerden. 

Later kreeg hij ook de titel "Bediüzzaman" oftewel 'de unieke van de tijd’. Said Nursi deelt zijn leven in twee delen: de periode van de oude Said en de periode van de nieuwe Said. De periode van de eerste Said loopt van zijn eerste bezoek aan Istanboel in 1907, tot aan de Eerste Wereldoorlog. De periode van de nieuwe Said begint vanaf zijn verbanning in 1926 naar Barla, een afgelegen dorpje in Isparta tot aan zijn overlijden in 1960. In de tussenliggende periode is hij vooral bezig met moderne wetenschappen en de islam. In Barla begint hij in zeer moeilijke omstandigheden op een wonderbaarlijke manier met het schrijven van de Risale-i Nur boeken.

De boekenreeks van de Said Nursi bewijst de waarheden van de Koran en legt deze uit in het perspectief van de moderne wetenschap. Zij verschaft ons op een heldere, beeldende en overtuigende wijze antwoorden op de belangrijkste vragen van de mensheid naar de zin van het bestaan, zoals: Wie ben ik? Waar kom ik vandaan? Waar ga ik heen? Wat is mijn verantwoordelijkheid in deze wereld? Waar komen de schepselen vandaan en waar gaan ze heen? De Risale-i Nur beoogt een antwoord op deze vragen te formuleren en als zodanig de zielen en de geesten van de mensen te verlichten.

Daarnaast beantwoorden deze boeken de meest vitale vragen ten aanzien van de islam en in het bijzonder ten aanzien van het geloof. De boeken bewijzen de eenheid van Allah en de waarheid, de oprechtheid van het profeetschap. Het behandelt alle kwesties betreffende het geloof, de waardigheid van het geloof, van de lagen van de hemel en de aarde tot aan het onderwerp van de engelen en de geesten, van de waarheid van de tijd tot en met het bestaan van het hiernamaals, de wederopstanding, het paradijs, de hemel en de hel, tot en met de werkelijkheid van de dood, de bron van de eeuwige gelukzaligheid en de eeuwige bestraffing. 

De boeken behandelen deze kwesties via een logische benaderingswijze en een wetenschappelijke onderbouwing. Deze collectie manifesteert zich als een meesterwerk, dat zowel ons verstand als ons hart met getuigenissen, verlichtingen en bewijzen overtuigt.

 


 


 

 

Bronnen, noten en referenties

  1. Degene die de op de hoogste niveau kennis over de islam beschikt.